Verslag 77ste congres PEN International (5)

Writers for Peace Committee (WfPC)
13 september

door: René Appel

PEN Nederland heeft geen officiële vertegenwoordiger in deze commissie, maar we leggen ons oor graag te luisteren om een antwoord te kunnen geven op vragen over relevantie van deze commissie en onze eventuele toetreding.

De vergadering op dinsdag 13 september begint te laat. De voorzitter, de beminnelijke Sloveen Eduard Kovacs, excuseert zich tegenover mij: ‘Some people have a different conception of time.’ Als er voldoende mensen aanwezig zijn – ongeveer 20 – is eerst het woord aan een Tibetaanse delegatie en een Vietnamese delegatie. Die vertellen over vervolging en detinering van collega’s. Het zijn treffende verhalen, maar ze horen eigenlijk thuis bij het Writers in Prison Committee. Dit blijkt een terugkerend verschijnsel: congresgangers zoeken overal een podium voor wat hen beroert en sommigen om te vertellen wat voor geweldige dingen ze allemaal doen in de geest van PEN. De eerste categorie toont betrokkenheid, de tweede lijkt vooral te handelen op basis van zelfpromotie.

Daarna gaat de discussie over een nieuw ‘handvest’ van het WfPC, waarmee volgens de voorzitter het WfPC zich ook profileert als de ‘denktank’ van de PEN. Het is een politiek algemeen stuk, dat ook naar de VN en de UNESCO zou moeten worden gestuurd, dat handelt over onderdrukking en vrijheid. Het begrip ‘terrorisme’ valt, maar dat wordt behoorlijk opgerekt in de verklaring: ook financiële manipulatie blijkt eronder te vallen. Er wordt enige semantische haarkloverij bedreven. Moet het niet ‘violence’ zijn? Een ander stelt ‘tiranny’ voor. Hoe het ook zij, de discussie krijgt steeds meer abstracte, algemene politieke dimensies, waarbij de rol van literatuur, de positie van schrijvers etc. verder uit het zicht verdwijnt.

Uiteindelijk wordt er een redactiegroep samengesteld die de voorgestelde wijzigingen in het handvest zal doorvoeren, waarna het aan de Assembly kan worden gepresenteerd. Omdat ik een waarnemer ben, houd ik me buiten de discussie, maar wel wordt mijn vrees gevoed dat het WfPC een groep is voor mensen die zich graag over ver weg liggende zaken buigen (de wereldvrede! het recht op geluk voor alle mensen!) en daarbij de concrete schrijversbelangen vergeten. Overigens heb ik de indruk dat opmerkingen in die richting als politiek zeer incorrect zouden zijn ervaren.