Premier Rutte reageert op brief PEN omtrent persvrijheid Turkije
8 december 2016, Amsterdam – Afgelopen week ontving PEN Nederland van premier Mark Rutte een reactie op een brief, gericht aan de minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken, waarin PEN zorgen had geuit over de huidige situatie van een groep journalisten in Turkije.
In zijn brief verzekerde premier Rutte, in het kader van de huidige toetredingsonderhandelingen tussen de EU en Turkije, dat “[…] versnellen van de onderhandelingen met Turkije geen versoepeling van de criteria betekent”.
Daarnaast wees Rutte erop welke rol Nederland kan spelen in de omgang met Turkije: “Het kabinet blijft de Turken wijzen op het feit dat zij mensenrechten en persvrijheid moeten beschermen. Ook in onze persoonlijke contacten met Turkse collega’s onderstrepen minister Koenders van Buitenlandse Zaken en ikzelf het belang hiervan. Turkije is nog steeds aan zet om hervormingen door te voeren”.
Sytske Sötemann , bestuurslid van PEN Nederland, schreef op 17 november het volgende aan de ministers: “Vorige donderdag heeft de Turkse Officier van Justitie tegen negen journalisten en bestuurders van het door de regering gesloten pro-Koerdische dagblad Özgür Gündem zijn eisen neergelegd. De eisen behelzen gevangenisstraffen van zes jaar tot levenslang. Onder de negen beschuldigde medewerkers zijn hoofdredacteur Zana Kaya, eindredacteur İnan Kızılkaya, de veelbekroonde schrijfster Aslı Erdoğan en de gerenommeerde taalkundige Necmiye Alpay. PEN Nederland wendt zich opnieuw tot u met het dringende verzoek al het mogelijke te doen om de onmiddellijke vrijlating van genoemde journalisten te bewerkstelligen voordat het Hogere Gerechtshof in Istanbul deze eisen ontvankelijk verklaart. In het bijzonder vragen wij uw aandacht voor Aslı Erdoğan (geen familie van de president), die wegens haar slechte gezondheid in steeds nijpender omstandigheden verkeert.”