Eerste editie ‘PEN SPREEKT’ groot succes

PEN SPREEKT: een avond over Turkse schrijvers in ballingschap met twee schrijvers en een vertaler, gehouden in De Balie te Amsterdam op 6 september 2018.

De zaal is uitverkocht, op het podium zit een schrijver die na tien jaar ballingschap in  Zweden en Engeland is teruggekeerd naar huis, naar Istanbul. De Koerdische Turk Burhan Sönmez kon de pijn niet langer verdragen, het verlangen niet langer de baas, hij moest terug naar zijn taal, zijn leven van weleer, zijn land.
Maar de verwachte thuiskomst in het land van zijn jeugd bleef uit. Istanbul was veranderd, er hing een grauwsluier over die eens zo bruisende stad. Ballingschap heeft vele lagen.
Het is alsof hij nu opnieuw in ballingschap leeft, al is het minder pijnlijk dan het gedwongen verblijf in een ander land. Toch verlangt hij niet terug naar de oude situatie, hij wil vooruit, het goede van vroeger behouden en daarmee een land creëren waar iedereen gelukkig is, waar iedereen thuishoort.

Naast hem zit een schrijver die nog geen jaar geleden met haar gezin naar Nederland is verhuisd, omdat zij niet langer kon aanzien hoe de sfeer in haar stad, haar Istanbul, veranderde en hoe haar dochter zich op school niet meer vrij kon ontwikkelen. De Turkse Çiler Ilhan kreeg het benauwd, kon niet meer schrijven en besloot met haar gedeeltelijk Nederlandse man en hun kind te vertrekken. Voorlopig voorgoed.
Ze verlangde naar ruimte om adem te halen in een vrij land. Maar de emotionele storm waar ze na aankomst in belandde had ze niet verwacht. Alles was anders dan thuis, vrienden waar je even binnen kon lopen waren er niet, je lievelingseten was niet te krijgen, de geur op straat en in de bus was anders. Ze begreep dat ze zich grondig moest heroriënteren: ‘re-route, re-speak, re-be’.

Aan de andere kant van de Koerdisch-Turkse schrijver zit een vertaler die een klein jaar geleden de huur van haar huis in Istanbul opzegde en terugkeerde naar Nederland. De Nederlandse Hanneke van der Heijden voelde zich niet meer thuis in de stad waar zij jarenlang had gewoond en gewerkt te midden van de taal waaruit ze de literatuur naar het Nederlands vertaalt. Ze ging terug naar waar ze vandaan kwam, maar niet tot haar onverdeelde genoegen. Immers: om te kunnen vertalen moet je je vrij kunnen bewegen in beide talen. Je moet door beide talen gevoed blijven worden.

Alle drie zijn ze het erover eens dat literatuur je de mogelijkheid biedt om je in een ander in te leven, je buurman te leren kennen en hem niet te doden. Dat de literatuur je verrijkt, je als menselijk wezen laat reizen, zowel in de verbeelding als in verschillende talen en culturen. Daarom zijn vertalingen ook zo belangrijk.

Voor de schrijver kan het beheersen van een tweede taal juist gunstig zijn om enige afstand te creëren tot je eigen omstandigheden en de wijze waarop je ermee omgaat.
De moedertaal van Burhan, het Koerdisch, was indertijd verboden en mocht dus niet worden gebruikt in het onderwijs. Het Turks leerde hij op school, Koerdisch leerde hij nooit schrijven, zo werd zijn tweede taal zijn schrijftaal, zoals dat geldt voor zijn hele generatie. Maar de huidige generatie Koerdische schrijvers gebruikt wel hun moedertaal en vertaalt de wereldliteratuur in het Koerdisch.
Voor Çiler is Turks haar moedertaal, Engels leerde ze in het buitenland goed beheersen en haar derde taal zal Nederlands worden. Door de beheersing van het Engels had ze vrije toegang tot de Engelstalige literatuur waardoor ze zich als schrijver breder kon ontwikkelen.

Volgens Çiler is een vertaald boek eigenlijk een coproductie van schrijver en vertaler.
De vertaler is echter vaak onzichtbaar in het publieke domein, terwijl hij/zij in de doeltaal juist een belangrijke rol kan spelen. Je geeft schrijvers hier een gezicht. Hanneke voelt zich dan ook zeer verantwoordelijk voor de tekst, die niet moet worden benaderd als exotisch met stereotypen, maar als iets vergelijkbaars, iets wat begrijpelijk en herkenbaar is. Hoewel een vertaler meestal een opdracht krijgt van een uitgever, probeert ze haar invloed aan te wenden door boeken die zij van belang vindt ter vertaling voor te dragen. De vertaalde boeken zijn immers (mede)bepalend voor de wijze waarop men elders in de wereld naar een taal en cultuur kijkt.

Over het Turkije van nu zijn de drie wat de nabije toekomst betreft niet optimistisch.
Burhan spreekt over het dilemma van pijn en schoonheid. Hoe kunnen we de schoonheid zien door de ogen van de mensen die pijn lijden. In zijn roman Istanbul Istanbul beschouwt hij de stad als een onafhankelijke entiteit, als een onafhankelijke schoonheid, en verbeeldt hij hoe wij haar liefhebben en vernielen.
Çiler laat in haar roman Verbannen honden, daders en slachtoffers als verteller optreden om de lezer op een andere manier naar de wereld te laten kijken.
Hoewel in Turkije al veel langer restricties voor de vrije meningsuiting gelden en dus ook vroegere schrijvers daaronder te lijden hadden, is er wel degelijk een neergaande trend zichtbaar in de afgelopen twintig jaar. Deze neerwaartse spiraal in de literaire sector wordt nog eens verergerd door de huidige economische crisis. Er zijn minder publicaties en ook minder vertalingen verkrijgbaar. Er is geen divers aanbod meer. Vertalingen worden meestal gefinancierd door veelal aan de overheid gelieerde fondsen, waardoor controversiële boeken, schrijvers en vertalers niet meer aan bod komen.

Maar wij blijven de literatuur vieren.

Deze eerste editie van PEN SPREEKT is ook terug te bekijken op video. In het voorjaar van 2019 zal er een volgende editie van dit evenement worden georganiseerd.

Door Sytske Sötemann